Hoofduitgangspunt:
- De student creëert ict-rijke leeromgevingen voor leerlingen en cursisten.
Dat betekent:
- De student heeft kennis van (geavanceerde) ict-hulpmiddelen binnen de onderwijspraktijk.
- De student past adequaat ict-hulpmiddelen toe in de onderwijspraktijk.
- De student staat stil bij de invloed van ict-ontwikkelingen binnen de samenleving en reflecteert op de betekenis hiervan binnen de onderwijspraktijk.
- De student durft te experimenteren met ict-toepassingen in de onderwijs- en opleidingenpraktijk.
BRON: ICT-e-notitiejan2005