zondag 6 maart 2022

Burgen

burgen1 zw. -de 1 toesluiten, toedekken, bedekken, verstoppen 2 begraven • Engels bury, gew. Noors byrge, IJslands byrgja • ~ °burgsel, (ver)bergen, °berg ‘bescherming, beschutting’

burgen2 zw. -de 1 rijzen, zich verheffen, hoog worden 2 heffen, dragen • ~ °burgend1 ‘hoog, rijzig’, berg, mog. ~ °barm2/°berm ‘verheffing’